54 minuten

Het startschot verbreekt de stilte, en de renners vliegen uit de startblokken.
Het atletiekseizoen begint over een paar weken, maar niemand heeft coach Lindt over de strenge winters verteld. Hij is ervan overtuigd dat hij ons alleen door non-stop te trainen in vorm kan krijgen – zelfs als mijn adem voor mijn gezicht bevriest.
Dit is Opportunity in Alabama. Verstandige mensen gaan de deur niet uit als het vriest dat het kraakt. We slaan voorraden in, drinken warme chocolademelk totdat we in een suikercoma raken, en bidden dat we gespaard zullen blijven voor de kou.
Toch heb ik veel liever coach Lindts start van het trainingsseizoen dan de lange en saaie toespraak die de rector aan het begin van elk trimester afsteekt – deugdzaamheid, hard werken en goed gedrag voor jonge dames en heren. Na bijna vier jaar op Opportunity High kan ik haar woorden uit mijn hoofd opdreunen, wat ik vanochtend tijdens het ontbijt voor Matt heb gedaan – verantwoordelijkheid, kansen voor iedereen, en natuurlijk haar stokpaardje, het schoolmotto: WIJ VORMEN DE TOEKOMST. (blz. 7)

Het is een normale dag op Opportunity High, een middelbare school in Opportunity (Alabama). Claire en Chris hebben hardlooptraining. De rest van de leerlingen zit in de aula, te luisteren naar een toespraak van de rector.

Links van me gaat een va de deuren open. Een eenzame figuur is afgetekend tegen de tl-verlichting. Even denk ik dat het mijn tweelingbroer is, die alweer een manier heeft bedacht om te bewijzen dat hij de meest ongeïnteresseerde en interessantste leerling is die de school ooit gekend heeft. Het is typisch iets voor hem, om iedereen voor de grap op te sluiten. Ooit zou ik het samen met hem hebben gedaan.
Maar om de zwarte muts pieken blonde lokken vandaan. vreemd genoeg is dat het eerste wat me opvalt – het blonde haar dat het maar al te vertrouwde gezicht omlijst. En er komen herinneringen boven. Een brede grijns. Een gevaarlijke honger. Het gespannen gefluister om me heen zou net zo goed uit mijn eigen mond kunnen komen. Niet nu. Niet vandaag. Nog niet.
Nee, alsjeblieft.
Het duurt wel een seconde voordat zijn geheven arm tot me doordringt.
Iedereen in de aula blijft staan, en alle ogen worden op de schaduw in de deuropening gericht. Om me heen klinkt het woord ‘wapen’, en dan wordt het stil. Ik voel geen paniek of schrik. Alleen verslagenheid.
Dit is het einde.
‘Mevrouw Trenton, ik heb een vraag.’ De figuur richt het wapen op haar en zijn vinger kromt om de trekker.
Dan schiet hij. (blz. 38)

Niemand kan de aula verlaten. Wie is deze persoon? En wat wil hij/zij?

Maak jouw eigen website met JouwWeb